Naar Apeldoorn gingen we en daar, in een heel deftig herenhuis aan het Oranjepark was de praktijk gevestigd van dr Dubois, oogarts. Hij had al snel in de gaten wat er met het ventje aan de hand was, Dr. Dubois. Het was het begin van wisselend ogen afgeplakt hebben. Dan weer rechts en dan weer links, als ik me goed herinner. De bedoeling is dan om een oog wat niet meer of slecht werkt zo te prikkelen dat ie het weer gaat doen of beter gaat doen. In mijn beleving heeft dat heel lang geduurd, dat afplakken van mijn ogen en daarna kwam er iets nog veel ergers dan voor gek lopen met je pleister; een bril. Nu hadden we in ons dorp wel een meneer die in brillen deed maar het was denk ik niet de beste vriend van mijn ouders dus dat naar de andere kant van het kanaal. Daar werd de eerste bril aangeschaft, ik vond het niks. Een toch al beetje stevig jongetje met een brilletje, nee geen versterking van mijn zelfvertrouwen in die tijd. Het brilletje en zijn navolgers heb ik een aantal jaren gedragen waarna, door de groei, de ogen verbeterden en er geen bril meer nodig was.

Nu is een bril aangeschaft die, ik noem het maar, retrobril is. Met een hoornen montuur, die erg in de mode zijn en die in de jaren zestig gemeengoed waren. Toen een kilo zwaar(bij wijze van), inclusief glazen, nu nog 100 gram, wat een verschil in zo’n korte tijd. Nieuwe brillen, letterlijk en figuurlijk, het hoornen montuur herinnert me wel aan het verleden. Lastig bij te stellen zodat de gebruiker er plezier aan had. Het schiet me ineens allemaal in de gedachten nu ik me zo weer gereed ga maken voor een bezoek aan de opticien. Hij moet nog bijgesteld, de nieuwe bril; kijken of het helpt. Opeens ben ik toch veertig jaar terug in de tijd.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten