"Een
beetje moe maar voldaan" is een bekende uitspraak, gezegde, die vooral
bekendheid kreeg door het gebruik in een liedje van een meneer die ik niet
nader zal noemen. Zittende in ons tuintje, waarin we de Godganse dag hard
hebben gewerkt beweer ik hetzelfde. Een beetje moe maar voldaan. De rommel, de
takken, een oud en inmiddels overbodig hok, allemaal opgeruimd en dat in een
dag tijd. Nu staat de schuur weer vol maar dat is even van later zorg, dat komt
wel weer weg volgende week. Nu is de tuin lekker opgeruimd en het grootste
object heeft nog steeds zijn functie: een volière met twee duiven. Dat is wat
rest van de eens zo beroemde en beruchte veestapel van het andere Klinkertje.
Twee duiven, de vijver met wat vissen en een hond. Nu we richting wat ouder worden
gaan heeft ze besloten dat de veestapel wordt afgebouwd en dat we moeten kunnen
gaan en staan waar we willen zonder direct aan allerlei dieren vast te zitten.
We willen de deur achter ons dicht kunnen trekken en ik verwacht dat, nadat de
duiven de eeuwige jachtvelden trotseren de grote volière in de tuin het loodje
gaat leggen. Dat geeft opnieuw veel ruimte in het toch al een beetje kleine
tuintje. Verder verwacht ik dat het andere Klinkertje opnieuw gaat proberen het
op eensgevend moment zonder hond te stellen en dat gaat niet lukken. Dus
blijven we uiteindelijk over met ons tweeën en een hond. Een makkelijke die
niet haart en die we overal mee naar toe kunnen nemen. Die met ons de deur
achter zich dicht kan trekken zodat we de wereld kunnen verkennen. Dat is wat
ik verwacht en ik bewonder haar daarvoor. Iemand die altijd zo met beesten
verweven is geweest, die zoveel van dieren houd en die daar soms veel tijd
voorover heeft dat die besluit dat wat minder moet. Dat het wat minder kan want
we zijn al een jaar of wat in de afbouwfase. Dat het allemaal ook wat
makkelijker wordt omdat het verzorgen allemaal niet meer vanzelf gaat, dat is
sterk. Cool zouden ze tegenwoordig zeggen: ik hou het op een sterk karakter.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten